Verduurzaming: begin bij het laaghangend fruit

Verduurzaming: begin bij het laaghangend fruit

Een jaar geleden was Arnhem en Nijmegen Business bij Giesbers Ontwikkelen en Bouwen op bezoek. De ‘ontwikkelende bouwer’ in Wijchen is de hele vastgoedcyclus van dienst. Dit keer spreekt het magazine Hubert-Jan van den Brink, Hoofd Servicebouw bij dochterbedrijf Giesbers Servicebouw. Over onder meer verduurzaming, energetische labelverbeteringen en in beweging komen.

“Vijf jaar geleden werd het servicebedrijf opgericht”, begint Hubert-Jan. “Juist vanuit het volledig willen ontzorgen van de klant. Gedurende het hele proces leer je elkaar goed kennen en dan is het gewoonweg zonde als bij het opleveren de wegen zich weer scheiden.” Het komt dan ook geregeld voor dat Giesbers Servicebouw het onderhoud verzorgt voor de nieuwbouw die Giesbers Ontwikkelen en Bouwen realiseerde.

Aanpasbaarheid

Gaat het over duurzaamheid, dan hoort onderhoud daar absoluut bij. “In de ontwikkel- en bouwfase denken we al na over het onderhoud en eventueel hergebruik van materialen. Duurzaamheid gaat niet alleen over energie, maar ook over hoe toekomstgericht en aanpasbaar vastgoed is. Is iets herbruikbaar dan is dat niet alleen duurzaam, maar ook economisch interessant. De basis van een gebouw zet je niet voor tien jaar neer, maar voor vijftig tot honderd jaar. In hoeverre is het gebouw aanpasbaar aan een nieuwe functie én hoe aanpasbaar zijn die aanpassingen op hun beurt?”

Energetische labelverbeteringen: kom in beweging!

“Volgend jaar januari moeten alle kantoren energielabel C hebben, maar hoeveel ondernemers zijn daar op dit moment mee bezig? Met wat er nu in de wereld gaande is, kan ik me daar best iets bij voorstellen, maar ontkomen doen we er niet aan. Over zeven jaar moet het zelfs label A zijn. Je hoeft echt niet in één keer van energieverbruikend naar energieleverend te gaan. Het begint bij het laaghangend fruit. Tegen ondernemers zeg ik: kom in beweging! Onze oplossingen zijn tevens ons devies: persoonlijk, verrassend, passend.”

Het hele interview met Hubert-Jan van den Brink lees je hier.